Blogarchief

donderdag 23 februari 2012

Een fijne korte winterwandeling met een lengte van 10 km door de Loonse en Drunense Duinen

De strenge vorstperiode van de overigens verder zachte winter in februari 2012 was ten einde. We konden gelukkig toch nog deze winter even lekker genieten van een mooie schaatstocht door de Alblasserwaard. Maar nu is onze blik gericht op het komende voorjaar. Woensdag 22 februari 2012 was een zonnige dag waarbij al een vleugje voorjaar goed voelbaar was.
Lekker weer om er op uit te trekken voor een korte wandeltocht. De Loonse en Drunense Duinen waren dit keer mijn doel. Het is iedere keer weer fijn om in dit gebied te wandelen. Doordeweeks is het er heerlijk rustig. In de Loonse en Drunense Duinen ligt één van de meest uitgestrekte stuifzandgebieden van West-Europa. Deze ‘Brabantse Sahara’ heeft dertig vierkante kilometer levend stuifzand. Dat zand is afgezet door poolwinden in de laatste ijstijd. Eeuwenlang was het bedekt door oerbos.
Totdat streekbewoners in de middeleeuwen brandhout en landbouwgrond nodig hadden. In de veertiende eeuw lieten boeren hun vee grazen op de heide waardoor de grond uitgeput raakte en de wind blies vervolgens steeds grotere zandvlaktes open. De opmars van het stuifzand is tegengehouden door naaldbomen te planten.
Dat is zo goed gelukt dat het de laatste jaren noodzakelijk is geworden om door houtkap weer de oorspronkelijke grote zandvlakten terug te krijgen. Het startpunt van de wandeling ligt bij de uitspanning De Drie Linden in Giersbergen. Vanaf het parkeerterrein duikt de wandeling vrijwel direct een dennenbos is. Op de kaart is dit gedeelte van het natuurgebied aangegeven als de Hooge Heide.
Na het dennenbos volgt een prachtige kleine langgerekte zandverstuiving met hoge opgestoven zandheuvels, waarop de toppen een aantal vliegdennen een houvast hebben gevonden. Na de zandverstuiving gaat de route langs de bosrand verder. Er is langs de rand van de weilanden en het bos een smal aantrekkelijk voetspoor ontstaan. De wandeling volgt geruime tijd dit spoor.
Een klein uitstapje over een zandpad door de weilanden zorgt voor de broodnodige afwisseling. Dan gaat de route weer langs de bosrand verder, nu echter op een bredere zandweg. Na de afgelopen strenge vorstperiode ziet de natuur er bruin gekleurd uit waarbij vooral groen gebleven planten sterk opvallen. Ik vroeg mij af wat voor soort winter harde groene plant ik onderweg op de foto had gezet, maar kon dit thuis niet via googelen terug vinden.
De zon was al zo krachtig dat ik lekker gezeten op een bank, die in grote gekleurde letters de naam 'Annemiek' droeg, van het winterzonnetje kon genieten. Ik scheurde mij na een tijdje los van de behaaglijke Annemiek om mijn weg verder te vervolgen. De route keert om en gaat daarbij langs een waterloop het bos in. Zo nu en dan wordt het dennenbos aangenaam onderbroken door kleine zonnige heideveldjes.
Het laatste stuk van de wandeltocht gaat weer langs de rand van het bos en de weilanden. De hier en daar  langs de rand van de weg gelegen caravans en vakantiehuisjes in het bos maken duidelijk dat de bewoonde wereld van Giersbergen weer in het vizier komt. Behalve op maandag, is in de wintermaanden de Drie Linden elke dag geopend. Ik liet de herberg voor wat het was en ging lekker mijn verdiende glas bier thuis halen.
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/

dinsdag 18 oktober 2011

Een afwisselende wandeling door de Amerongse Bovenpolder, over De Manege en door de Amerongse Bossen 14-16 km

Ik hou van afwisseling tijdens het wandelen. Ik probeer bij het uitzetten van een wandelroute deze zoveel mogelijk door verschillende landschappen te laten lopen. Het gebied rond Amerongen leent zich daar goed voor. Je vind daar de uiterwaarden langs de Nederrijn en de hoog gelegen bossen van de Utrechtse Heuvelrug. Een uitgelezen wandelgebied waar ik graag mag lopen. Maandag 22 augustus 2011 begon zonnig. Ik had er zin in en trok gezeten op de achterbumper van de auto vol plezier de wandelschoenen aan. De wandeling met een lengte van 16 km begint bij kasteel Amerongen en gaat via de rand van het oostelijk gelegen deel van de Amerongse Bovenpolder de bossen van de Utrechtse Heuvelrug binnen. 
Eigenlijk wilde ik dwars door de uiterwaarden lopen maar juist dit oostelijke deel is in de periode van 1 april tot 1 oktober voor publiek gesloten. Dit deel langs de uiterwaard is zeker niet minder mooi. Halverwege vind je er een uitzichttoren van waar af je de vele watervogels in het 45 hectare grote kwelmoerasgebied van de uiterwaard kunt bespieden. Het moeras wordt gevoed door schoon grondwater afkomstig van de Utrechtse Heuvelrug. In zo’n kwelmoeras leven bijzondere plantensoorten die behoefte hebben aan ijzerrijk grondwater, zoals waterviolier, lidsteng en bepaalde zeggesoorten. 
In de komende jaren wordt in de Bovenpolder nog een oude riviergeul uitgegraven en gaan halfwilde paarden en runderen het gebied begrazen. Door deze maatregelen ontstaan in de Bovenpolder geschikte leefgebieden voor amfibieën, kleine zoogdieren, insecten en moerasvogels zoals kwak en (zwarte) ooievaar. Mogelijk worden bij de Bovenpolder in de toekomst ook de ecologische verbindingen met de Heuvelrug hersteld. Door de aanleg van een ecoduct kunnen de dieren ongehinderd van hoog naar laag trekken en omgekeerd. Bij een pannenkoeken restaurant wordt de N225 overgestoken. Daarna gaat het door prachtige oude hoge beukenbossen de richting op van de Amerongese Berg. 
Mocht het pannenkoekenrestaurant aan de N225 toevallig op jou wandeldag gesloten zijn, en je hebt juist een onbedwingbare trek in pannenkoeken, dan krijg je een herkansing bij het wat verder op prachtig midden in de bossen gelegen 't Berghuis. Daarna gaat de wandeling omhoog naar de onlangs gerestaureerde Manege. In de tweede helft van de 18de eeuw realiseren de erfgenamen van kasteel Amerongen op de Amerongse berg een uitgebreid lanenstelsel. Een kenmerkend onderdeel is de wagenwielvormige ‘Manege’, waar de familie in de rondte paard kan rijden met een schitterend uitzicht op het kasteel beneden. 
Precies in het midden staat een grote ronde bank met een boom in het midden. Een uitgelezen plek om even te rusten en een broodje te eten. De vanaf het midden lopen er stervormig naar alle kanten kaarsrechte lanen heuvel afwaarts, waar op dit moment in de tweede helft van augustus langs de randen de heide uitbundig bloeide. Daarna gaat de wandelroute door wel een heel mooi oud gedeelte van het overwegend loofbos verder om Amerongen heen. 
Helaas begon de lucht wat te betrekken en viel er zo nu en dan een regendruppel. Ik besloot de camera maar op te bergen zodat er van het verder verloop van de wandeling geen foto's en video beschikbaar zijn. Ondanks de regen was ook de rest van de wandeling heel mooi. Na de Amerongse Bossen wordt de N225 opnieuw overgestoken en gaat de wandeling verder door landgoed Zuylestein. 
Hier loop je door de kaarsrechte lanen van de heerlijke rustige broekbossen van het landgoed. Dan wordt de Lekdijk overgestoken en gaat het verder door het westelijk gelegen gedeelte van de Amerongse Bovenpolder. Dit gebied is voor wandelaars toegankelijk van 1 april tot 1 oktober. Ik heb twee wandelroutes uitgezet. 
De route met een lengte van 16 km is voor wandelaars toegankelijk van 1 april tot 1 oktober. De tweede wandeling met een lengte van 14 km is daar in tegen te lopen van 1 oktober tot 1 april.
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/

dinsdag 26 juli 2011

Wandelen over de Tongerense Heide, landgoed Welna en langs de prachtige vennen van Smitsveen 11 km.

Al eens eerder, om precies te zijn in november 2006, heb ik op mijn website een wandeling door het prachtige eeuwen oude Landgoed Tongeren gepubli- ceerd. Later werd ik door een van de eigenaars van  het Landgoed Welna er op gewezen dat de wandeltocht voor het grootste deel door hun landgoed verloopt en daardoor de titel Landgoed Welna beter op zijn plaats was geweest.
Een hele terechte opmerking! Het landgoed Welna is wellicht nog uitgestrekter en stiller dan het naast gelegen Tongeren. Ik was in het weekend van 9/11 juli 2011 om een speciale reden in de omgeving van Epe beland. In het verhaal, wat bij de wandeling door Tongeren is bijgevoegd, heb ik uitvoerig verslag gedaan van de plezierige tijd die mijn zus en ik in onze jeugd, tijdens de vakanties in het vakantiecentrum de Remboe in Epe, hebben doorgebracht.
De veel te jong overleden toennmalige eigenaar van de Remboe, Aalt van Vemde, zou op 7 juli 2011 precies 100 jaar oud zijn geworden. De kinderen van Aalt van Vemde wilde dit feit herinneren met een bijeenkomst op zaterdagmiddag 9 juli 2011 in Epe. Iedereen die Aalt heeft gekend, en goede herinneringen aan hem koesteren, waren welkom. Het was een meer dan geslaagde bijeenkomst! Het was een waar feest van herinneringen, voordrachten, foto's, vrienden, vriendinnen en andere bijna vergeten bekenden.
Ik logeerde bij mijn zus en zwager in Zwolle. Het was dat weekend prachtig weer. Een goede gelegenheid om op de zondag 10 juli 2011 weer eens een wandeltocht te maken door het gebied waar de vakantie-roots van onze jeugd liggen. Mijn zus en zwager hebben uit de losse pols de route bepaalt en ik heb deze op de GPS opgenomen. De wandeling begint vanaf de parkeerplaats op de kruising van het Van Manenspad met de Le Chevalierlaan in Tongeren NL (gem. Epe).
Na een stukje donker sparrenbos en een weiland wordt de Molenweg overgestoken. Nog helemaal in de ban, van de vorige dag opgehaalde herinneringen van de Remboe, wilden we perse een stuk over de Koeweg wandelen. Vanaf de Koeweg steekt de route, achter langs de Remboe, over naar de Molenweg. Bij de tot kort geleden nog in bedrijf zijnde Veluwse boerderij Anna's Hoeve gaat het links af, de richting op van de Tongerense Berg. Deze oude boerenweg kan soms zeer nat zijn.
Je passeert op dit onverharde pad een paar wild stromende beekjes en een actieve sprengenkop. De naast gelegen natte hooilanden zijn al jarenlang door het Geldersch Landschap gekoesterde natuurgebieden. Een werkelijk prachtig oorspronkelijk Veluws boerenlandschap. Na de bossen van de Tongerense Berg wordt het open landschap van de Tongerense Heide betreden. Het glooiende terrein van de Tongerense Heide beslaat zo'n 220 ha. De heide is landschappelijk zeer waardevol door de uitgestrekte dopheidevegetatie. De heide herbergt een vrij grote populatie adders.
Edelherten, reeën en wilde zwijnen zijn vaste bewoners. Het bos in het zuidwesten van de Tongerense Heide is bosreservaat. Er leven vogelsoorten als kuifmees, zwarte mees, havik, buizerd en ransuil. Op de hogere, droge delen van het heuvelachtige heidegebied groeit vooral struikheide, afgewisseld met dichte plakkaten kraaiheide. Tussen de struikheide komen planten voor als tormentil en duivelsnaaigaren. De lager gelegen, vochtiger gedeelten zijn begroeid met dopheidevegetaties.
Deze zijn uniek voor Europa. Op de natste plekken hebben zich natuurlijke vennen ontwikkeld. In juni zijn sommige vennen wit van de bloeiende veenpluis. Verder groeien er veenmossen, zonnedauwsoorten, witte en bruine snavelbies en klokjesgentiaan. De Tongerense Heide, met zijn afwisseling van droge en vochtige delen en de aanwezigheid van pijpenstro, is een ideale biotoop voor de adder, de kleine hagedis, de zandhagedis en de heikikker. Op de heide kruis je een oud karrespoor, een vroegere hessenweg. Dit spoor is het restant van een oude verbindingsweg tussen Tongeren en Gortel, die ergens tussen 1843 en 1871 in gebruik is genomen.
Op het Van Manenspad gaat de wandeling links af. Bij het uitzichtspunt met 2 banken loopt de route rechtsaf de heuvel naar beneden. Wat verder op na een bosrand wordt landgoed Welna betreden. Ook hier weer eindeloze schitterende doodstille heidevelden met een vergelijkbare fauna en flora aan de Tongerense Heide. De wandelroute volgt in een weide bocht de rand van de sterk golvende heidevelden.
Aan de overzijde van de heide wordt twee keer een bosrand doorkruist. Dit keer bestaande uit mooie beukenbossen waar in de grond veel wroetsporen van wilde zwijnen zichtbaar zijn. Dan wordt landgoed Welna weer verlaten en loop je door het prachtige Smitsveen. Het was goed te zien dat we een droog voorjaar achter de rug hebben want de normaal overvloedig water bevattende vennen waren nu veel minder omvangrijk. De lucht begon te betrekken. Tijd om weer terug naar Zwolle te gaan. Via het Van Manenspad waren we weer snel terug bij de auto, en dan op weg naar Zwolle, waar mijn zus zoals gebruikelijk weer een heerlijke maaltijd op tafel wist te toveren.
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/

dinsdag 10 mei 2011

Een grensoverschrijdende wandeling over stille zandwegen door landerijen en het wondermooie beekdal van het Merkske, de Zondereigense Beemden 6, 11 en 19 km.

Er zijn soms van die half vergeten doodstille streken in ons land die je ogenblikkelijk in je wandelhart sluit. Zo loop ik al enkele weken regelmatig wandelingen in het rustige grensgebied met Belgie rond Baarle-Nassau en Baarle Hertog. Je wandelt hier over doodstille zandwegen, soms afgewisseld met een weinig gebruikte verharde weg, door een licht golvend landschap met uitgestrekte landerijen en pareltjes van stukjes oorspronkelijke natuur. Een werkelijk wonderschoon stukje natuur vormt de Beekvallei van het Merkske. Dit beekje ontspringt in Vlaanderen en mondt zo'n 16 km verder uit in de Mark.
Het vormt hier voor een groot deel de grens tussen Nederland en Belgie. Doordat de loop van het beekje erg meandert kent de rijksgrens ook veel bochten. Hierdoor is het beekje nooit gekanaliseerd en kent de vegetatie een grote variatie. Schitterende kleinschalige landschappen met ieder hun eigen flora en fauna geven het dal een geheel eigen gezicht. Op vrijdag 6 mei 2011 heb ik de route met een lengte van 19 km gelopen, met als startpunt de kerk in het kerkdorp Zondereigen in de gemeente Baarle Hertog. Ik had zo de smaak te pakken van het prachtige landschap van het beekdal, met de ontelbare volop bloeiende voorjaarsbloemen in de velden rond het Merkske, dat ik twee dagen later op zondagmiddag 8 mei 2011 de route van 6 km heb afgelegd.
Het startpunt van deze wandeling is op Eikelenbosch in Baarle-Nassau bij het informatiepaneel van Staatsbosbeheer. Deze korte wandeling van 6,4 km volgt volledig de gemarkeerde route van het laarzenpad wat door SBB hier door het beekdal is uitgezet en kan daarom ook zonder GPS worden afgelegd. Een wondermooie wandeling, door een glinsterend pareltje van oorspronkelijke natuur! Sommige plekjes zou je eigenlijk liever niet delen met anderen en lekker stiekem voor je zelf willen houden, maar goed dan: werkelijke een echte aanrader! De wandeling met een lengte van 11 km is de originele route van de VVV van Baarle-Nassau en Baarle-Hertog en start eveneens bij de kerk in Zondereigen.
Baarle is zonder overdrijven uniek te noemen: 30 stukjes - 22 Belgische en 8 Nederlandse - vormen samen een tweelandenpuzzel. De landsgrens loopt soms zelfs door een voordeur! Om niet volledig het spoor bijster te raken zijn de huisnummers in de enclaves voorzien van de kleuren van de Nederlandse vlag of de Belgische leeuw. Ook de markeringen van het laarzenpad geven aan of je in Nederland, dan wel in Belgie wandelt. Er staan een aantal kapelletjes rondom het kerkdorp Zondereigen. De eerste kapel die je op de wandelroute tegenkomt is het kapelletje van Gel. Op het informatiepaneel valt te lezen dat de huidige kapel in 1939 werd gebouwd. Rond 1850 moet er al een voorloper hebben gestaan. Twee stevige knoestige lindebomen zorgen voor de nodige schaduw.
Het planten van lindebomen bij kapelletjes is een restant van de oude gewoonte om godsdienst te beoefenen onder deze bomen. Alle kapelletje rondom het dorp waren deze dag versierd met slingers van blauwe en witte strikken. Ik heb niet kunnen achterhalen waarom dit zo was. Het is trouwens ook nog eens een leerzame wandeling, want hier en daar staan er bij boerderijen informatiepanelen waarop het een en ander van het boerenbedrijf te lezen valt. Zo viel mijn oog op het paneel met het intrigerende opschrift 'Van Koe tot Koelkast'. Daar wilde ik wel meer van weten! De tekst luidt als volgt: De meeste koeien worden tegenwoordig gehouden in een open loopstal, dat wil zeggen, de koeien kunnen zich vrij bewegen binnen de stal.
Ze kunnen liggen of staan waar ze willen, eten en drinken als ze daar zin in hebben. Melk is gezond maar bewaart niet lang. Daarom gaat de melk onmiddellijk van de koe naar een tank waar ze gekoeld wordt. Deze koeltank wordt op bepaalde tijdstippen geledigd door een tankwagen die de melk naar de zuivelfabriek brengt. Daar wordt ze grondig onderzocht of ze goed is voor consumptie en welke prijs de boer er voor krijgt. Verschillende producten worden van melk gemaakt: de gewone drinkmelk, yoghurt, karnemelk, boter, room, kaas, chocomelk en roomijs, aldus het informatiepaneel. Tja, wellicht is deze informatie in Vlaanderen voor veel wandelaars nieuw. Wij Hollandse kaaskoppen weten echter wel waar de drinkmelk, kaas en de yoghurt vandaan komen, toch? Voor ons dan ook geen nieuws! Het is daar in Vlaanderen rondom het kerkdorp in de landerijen, velden en akkers heerlijk relax stil. Je wandelt er als een bevoorrechte vorst over de vele zandwegen.
Het stukje route in Belgie vanaf Zondereigen gaat door een kleinschalig ogend landschap. Na de Nederlandse grens worden de akkers duidelijk stukken omvangrijker, maar het is er even rustig. De route loopt door het gehucht Tommel, dat ligt ten zuidwesten van Baarle-Nassau, waar je voor de verandering weer eens in Belgie belandt. Dat duurt echter niet voor lang, want 700 meter verder op verlaat je Belgie weer. Je raakt daar echt helemaal van slag, als je probeert bij te houden of je op dat moment door Nederland of Belgie wandelt. Het wandelen over de heerlijke rustige brede zandwegen, dwars door de weidse akkers en weilanden blijft maar doorgaan. Wat een heerlijke wandeldag is het toch, bedacht ik mij niet voor de eerste keer vandaag. Na het boerengehucht Eikelenbosch en een stukje verharde weg arriveer je bij het informatiepaneel Beekdal van het Merkske. Hier begint ook het laarzenpad met een lengte van 6,4 km. Tot zover mag je ook over de verharde weg vanuit Eikelnbosch met de auto rijden.
Er is plek in de brede berm om de auto te parkeren. Nu volgt het mooiste deel van de wandelroute. In het natuurgebied van het Merkske staan rond deze tijd ontelbare hoeveelheden voorjaarsbloemen volop in bloei. Het is daar werkelijk puur genieten geblazen! Ik liep daar in een droge tijd, maar kon wel zien dat het wandelen hier in een natte periode echt 'soppen' zal zijn. Je moet dan beslist goede hoge waterdichte wandelschoenen aan trekken, om in het Beekdal van het Merkske de voeten droog te houden. De wandeling doet opnieuw Belgie aan. Het zand van de wegen tot nu toe maakt even plaats voor wit beton.
De omgeving blijft echter even rustig en stil als voorheen. De route gaat door het gehucht Ginhoven, een heel oude nederzetting en naar alle waarschijnlijkheid de bakermat van Zondereigen. Het schilderachtige beekje de Noordermark stroomt slingerend en al langs het gehucht. In de negende eeuw zou hier een Vikingshoofdman met de naam Gelmel een burcht hebben gebouwd. De Vikings kwamen met hun schepen de Noordermark opvaren. Dat moet in die tijd veel breder zijn geweest dan nu. De wandelroute steekt de Noordermark over en gaat door een stukje dennenbos verder.
Een groot bord bij een boerderij met de tekst Hoeve-ijs geeft aan dat je in die boerderij een ijsje kunt kopen. Verder op wordt de ook hier op deze plaats weer prachtige slingerende Noordermark voor de tweede keer overgestoken en gaat de wandeling recht op de kerktoren van Zondereigen af, waar aan de voet van de toren de auto  trouw op de nu toch wel vermoeide wandelaar staat te wachten.
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/

donderdag 5 mei 2011

Wandelen over essen, langs akkerranden, over landgoederen, door weilanden en over eeuwenoude boerenerven, het Huinerklompenpad 14 km.

Regelmatig kijk ik op de website klompenpaden.nl of er wellicht weer een nieuwe wandelroute bij is gekomen. Klompenpaden zijn rondwandelingen in het agrarisch cultuurlandschap van Utrecht en Gelderland. Ze gaan zoveel mogelijk over historisch tracé en voeren bij voorkeur over onverharde paden via boerenland en landgoederen. Rust, kleinschaligheid en de combinatie van cultuur en natuur bepalen de sfeer en vertellen bewoners en wandelaars over de geschiedenis van hun omgeving.
Met het zichtbaar maken en herstellen van oude paden wordt een deel van de identiteit van het landschap hersteld. Daarnaast is de combinatie natuur en cultuurhistorie leuk voor wandelaars. Bij het ontwikkelen van een klompenpad wordt vanaf het begin samen gewerkt met vrijwilligers, grondeigenaren en andere partijen uit de streek. Ik heb al een aantal van de klompenpaden gelopen. Ik vind het nu eenmaal lekker om door weilanden en velden te struinen, maar dat lukt niet altijd.
Soms zitten er ook wel delen in de route die over asfalt lopen. Veelal zijn dit rustige landwegen. Sommige van de kortere routes heb ik samengetrokken, om een complete wandeldag daar mee te kunnen vullen. Je kunt een aantal van deze gecombineerde routes op mijn website vinden zoals: Daatselaarse- en Breeschoterpad 19 km ,Dashortserpad Plus 16 km ,Oudenhorsterpad Plus 14 km, De klompenpaden zijn over het algemeen goed gemarkeerd en kunnen zonder GPS worden gelopen.
Het verdiend daarbij wel aanbeveling om de kaart van de route van klompenpaden.nl te downloaden en af te drukken. Soms zijn de markeringen door vernielzucht van vandalen verdwenen. Op zondag 1 mei 2011 heb ik het Huinerpad gelopen met een lengte van 14 km. Dit klompenpad was nieuw voor mij. De route begint vanaf het parkeerterrein Verenigingsgebouw Huinen, Huinerschoolweg 3, Huinen (gem. Putten). Het kampenlandschap waar het Huinerpad door heen loopt, wordt gekenmerkt door het kleinschalige, mozaiekvormige en reliefrijke karakter.
Het landschap is ontgonnen door keuterboeren en die hebben een onregelmatige blokverkaveling toegepast. Ze gebruikten deze stukjes grond voor de landbouw, maar ook als weidegebied om het vee te laten grazen. De vochtige lager gelegen delen dienden als hooiland. De lapjes grond werden tegen het wild beschermd door de aanleg van ondoordringbare houtwallen rond de akkers en weilanden. Veelal werd daar eik voor gebruikt. De houtwallen dienden tevens voor het noodzakelijke hout, wat in het boerenbedrijf in die tijd voor diverse doeleinden werd ingezet. Heden ten dagen zijn deze houtwallen bij een aantal percelen langs de route nog steeds intact.
De oude boerderijen in dit gebied liggen verspreid. Ze werden vanouds op de overgangszone van de akkers naar de lagere gronden gebouwd. Het Huinerbroek ten zuidenwesten van Putten was oorspronkelijk een nat broekgebied. De omvang van het woeste broekgebied was in 1900 nog goed te kerkennen, maar de ontginningen wonnen hierna snel terrein. Broekgebieden liggen vooral in lager gelegen vlakten die onder invloed hebben gestaan van rivieren of beken. Ze zijn vaak onbebouwd en bestaan vanouds uit drassig grasland. Broek betekend: land dat bij hoge waterstand onderloopt.
Om het natte gebied te kunnen ontginnen werd er een uitgebreid rechtlijnig patroon van sloten , greppels en wegen aangelegd. Vanaf het startpunt gaat de wandelroute, na een klein stukje via de asfaltweg, linksaf het onverharde pad in. De boerderij die je aan je rechterzijde ziet liggen bestaat al meer dan 500 jaar. Al in 1470 wordt Ten Camp te Huinen vermeld als herengoed. De boerderij is nu al meer dan 200 jaar in het bezit van de familie Van de Kamp. Rond 1600, na de woelige dagen van de Tachtigjarige Oorlog, zijn de grootte en ligging van de landerijen vastgelegd. Opvallend is dat alle percelen veldnamen dragen, waarvan sommige tegenwoordig nog bestaan, zoals Moelencamp, Biesencamp, Oestercamp en 't Vierlandt. Met de oude maten: molder en schepel (hoeveelheden voor graan) en: morgen (oppervlaktemaat) werd de grootte van de percelen vastgelegd. Na het overlijden van een van de eigenaren werd, als voortvloeisel uit het huwelijkscontract, een inventaris opgemaakt van alle bezittingen en schulden om het erfdeel vast te stellen van de erfgenamen.
Zodoende is in 1780 hiervan een gedetailleerde beschrijving gemaakt, die bewaard is gebleven. Pinkveerzen (jonge koeien), hooy, cofyketel: werkelijk alles is hierin vastgelegd. Het klompenpad gaat door een bos wat al vele jaren als zodanig in gebruik is. Dat is onderweg te zien aan een aantal bijzondere bosplanten die je hier kunt aantreffen, zoals bosklaverzuring en het dalkruid. Beide soorten bloeien met witte bloemetjes in het voorjaar wanneer de bomen nog niet volop in het blad zitten. Beide soorten behoren tot de zogenaamde oudbos-indicatoren. Dat wil zeggen dat het terrein al lange tijd als bos in gebruik is. Op de Hellerweg wordt het bosgebied en de onverharde wegen verlaten en gaat het voor ruim een kilometer over rustig weinig bereden asfalt verder. De omgeving is schitterend.
Vooral nu in het voorjaar als de meidoorn volop in bloei staat. Aan de linkerzijde van de Hellerweg ligt het bijzondere natuurgebiedje de Heihoef. Het terrein is eigendom van Natuurmonumenten en maakt deel uit van het landgoed Oldenaller. Oldenaller ligt op de overgang van de hoge en droge zandgronden van de Veluwe naar de lager gelegen kleigronden van de voormalige Zuiderzee. Door het eeuwenoude verkavelingspatroon ademt het landgoed de sfeer van een authentiek kampen- en polderlandschap. Heihoef is een echte natuurparel en het allerlaatste restant van het voormalige Huinerbroek.
Na de Hellerweg wordt het asfalt weer verlaten en gaat het verder over onverharde, gedeeltelijk particuliere, landwegen. Laat je hier niet afschrikken door een bordje 'verboden toegang' en 'eigen weg'. Het klompenpad gaat hier echt over verder! Uiteindelijk keert de wandeling weer terug naar het uitgangspunt waar de auto trouw staat te wachten. Ik sluit mij voor 100 procent aan bij het commentaar in het gastenboek van andere wandelaars die het Huinerpad hebben afgelegd: genieten, genieten en nog eens genieten geblazen, een topper!
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/

zaterdag 30 april 2011

Wandelen over zandwegen door het boerenland rondom Ulicoten, De Bollekensroute Extended 16 km.

Een avondje googelen heeft mij onlangs een schat aan mogelijkheden voor het uitzetten van nieuwe wandel- tochten opgeleverd. Hierbij waren een aantal mogelijkheden voor het wandelen rond Baarle-Nassau in de grensstreek met Belgie. Op woensdag 27 april 2011 heb ik in deze grensstreek een door mij aangepaste en uitgebreide versie van de Bollekensroute gelopen met een lengte van 16 km. De wandeling start bij de kerk in het dorpje Ulicoten.
Het kerkdorp Ulicoten, ongeveer 4 km westelijk gelegen van Baarle, is een typisch plattelandsdorp. Op één stukje weiland na, het voormalige ‘Niemandsland’ dat in 1995 het Belgische enclavenummer 22 kreeg, behoort het gehele grondgebied van Ulicoten tot de gemeente Baarle-Nassau. Al eeuwenlang onderscheidt Ulicoten zich van andere kleine dorpen in Brabant met de verering van Sint Bernardus. Hierdoor komen ieder jaar vele pelgrims van heinde en ver naar de St. Bernarduskapel in Ulicoten.
Met Pasen en Pinksteren, maar vooral op 20 augustus, de feestdag van Bernardus, kent Ulicoten een grote toeloop van vereerders. Maar op deze middenweekse wandeldag in april kent Ulicoten een grote toeloop van luidruchtige landbouwvoertuigen die achter elkaar af en aan door de Dorpsstraat rijden. Het is mede daaraan duidelijk dat Ulicoten midden in een landbouwgebied ligt. Je wandelt hier over brede zandwegen die door weilanden, akkers en stukjes bosgebied lopen.
Het gebied is heerlijk rustig en afwisselend. Je passeert onderweg een aantal oude karakteristieke langgevelboerderijen die uit vuurrode bakstenen zijn opgemetseld. Ik heb bij het uitzetten van de route mij laten leiden door de vele rondom Ulicoten aanwezige onverharde wegen. Het asfalt blijft op deze wandeltoch beperkt tot een onvermijdelijke 2 kilometer op Belgisch grondgebied. Maar ook dit stukje asfalt gaat door een schitterende rustige omgeving en is beslist geen straf om te lopen. De uitgezette route heeft een lengte van 16 km, maar ik heb zelf deze wandeldag wel zo'n 22 km afgelegd.
De onverharde wegen die ik op het Belgisch grondgebied vooraf op de digitale topografische kaart voor de wandeling had uitgekozen, bleken over voor wandelaars verboden particulier terrein te lopen. Ik moest dus tijdens het wandelen een route daarom heen proberen te vinden. Vandaar dus het stukje Belgische asfalt in de route. De Bollekens, waaraan de wandeling zijn naam ontleent,  is de naam van een gebiedje dat vroeger tot het Land van Hoogstraten behoorde. Het is gelegen tussen Meerle en Ulicoten. Het gebiedje dankt zijn bekendheid aan een grenskerk die hier rond 1648 werd opgericht.
De Bollekens behoorde  in die tijd bij de Spaanse Nederlanden en vormde een uitstulping in het toenmalige Staats-Brabant, waar de uitoefening van de katholieke godsdienst was verboden. Het is nu een prachtig stukje natuurgebied waar twee kronkelende beekjes door heen stromen. De streek rond Baarle-Nassau en Baarle-Hertog kent een rijk smokkelverleden. Net na de Tweede Wereldoorlog moest ook in de beide Baarles de economie weer opgebouwd worden. Wellicht nog beter dan elders aan de grenzen wist de bevolking van Baarle aan welke goederen schaarste bestond aan weerszijden van de grens.
Deze situatie leende zich bovendien uitstekend om handel in deze goederen te drijven. Niemand kon immers de inwoners van Baarle-Hertog verbieden om goederen, die in Nederland niet of nauwelijks verkrijgbaar waren, in huis te halen als deze in België wel verkrijgbaar waren. Andersom gold natuurlijk hetzelfde voor de Nederlanders. De smokkel bloeide welig en vrijwel iedereen in Baarle deed er aan mee. Het was een lucratieve sport, waaraan flink verdiend kon worden. Roomboter was een bijzonder gewild artikel om naar België te smokkelen. Ook suiker en jenever waren smokkelwaar. Later werd overgegaan op vee. Beesten die aan het ene adres legaal afgeleverd werden, stonden de volgende dag in het andere land op stal of in de wei. De kleinschalige smokkel vond te voet of per fiets plaats.
Vaak slopen de ‘pungelaers’, zoals de eerste smokkelaars werden genoemd, bij het vallen van de avond over zanddreven en door bosrijke gebieden stiekem de grens over. Daarbij hadden zij één gezamenlijke vijand: de commiezen ofwel douanebeambten. Om de douane om een dwaalspoor te zetten trokken de smokkelaars smokkelklompen aan. Dit waren speciale klompen die achterstevoren gedragen werden. De gemaakte afdrukken liepen daardoor in tegengestelde richting en zetten eventuele achtervolgers op een verkeerd spoor. Douanebeambten hadden natuurlijk ook hun methoden om smokkelaars door de mand te laten vallen. Het was hen opgevallen dat fietsende vrouwen, die de grens over gingen, daarvan schenen af te vallen. Het geheim lag voor de hand. Deze dames droegen smokkelwaar onder hun kleding. De douane had een methode om daar achter te komen. De vrouwen werden vriendelijk doch dringend uitgenodigd om binnen bij een goed opgestookte kachel te wachten op de controle van hun papieren. Met als gevolg dat zij binnen de kortste keren letterlijk stonden te smelten bij de kachel.
Na het prachtige stukje natuurgebied van de Bollekens komt de wandelroute via een boog naar links uit op een asfaltweg. De mooie lokkende onverharde paden aan weerszijden van de verharde weg zijn allemaal ontsierd door borden met de dreigende teksten: privaat en verboden toegang. Maar wat geeft het eigenlijk, de natuur gezien vanaf het asfalt is even mooi en rustig, en het loopt nog gemakkelijker ook! Een kleine 2 kilometer verder bij een picknicktafel wordt het Belgische asfalt weer verlaten en gaat het over een zandweg door een stukje bos verder. De lucht betrok wat en er viel een enkele drup regen uit. Het voorjaar was tot nu toe erg droog geweest en dit kleine beetje vocht zorgde direct voor heerlijke voorjaarsgeuren. Het is heerlijk wandelen over de zandwegen van het mooie Brabantse - en Kempse land.
Tijdens het wandelen kun je duidelijk zien dat er alles aan gedaan wordt om de natuur hier in dit stille landbouwgebied verder te ontwikkelen. Er zijn in voormalige weilanden nieuwe stukjes bos aangeplant. In vroegere jaren recht getrokken beken zijn weer in hun natuurlijke loop hersteld. Het tot weiland ontgonnen Diepven is nu weer een echt ven geworden, waarin luidkeels een groep watervogels de voorjaarsrituelen aan het uitoefenen waren. Het Diepven is niet voor wandelaars toegankelijk maar ziet er ook op afstand, omzoomd met stukjes loofbos, heel mooi uit. Na het mooie herstelde Diepven gaat de wandeling langs een weiland met de naam Nonnenven. Je kunt nu niet meer zien dat dit stukje weiland eens in het verleden ook zo'n mooi ven geweest moet zijn.
Maar als weiland is dit stukje natuur ook heel geslaagd. Ik liep vast in een akker met ingezaaide aardappelplanten. Volgens de kaart liep hier vroeger ook een zandweg doorheen, maar deze is nu kennelijk omgeploegd tot akker. Een grote stofwolk van een auto, die over een zandweg reed, wees mij het goede pad. De kerktoren van Ulicoten was al aan de horizon te zien. Een half uur later was ik weer terug bij de auto, zeer voldaan van de mooie wandeltocht door dit heerlijke rustige grensgebied met Belgie.
Naar de webpagina van de GPS wandeling klik hier
Meer wandelingen op de website http://www.jvanderperk.nl/